Wiskunde helpt om vrijwilligers sneller bij noodgeval te krijgen

In noodgevallen, zoals bij een hartstilstand of een brand, zijn vrijwilligers soms sneller ter plaatse dan hulpdiensten. CWI-onderzoeker Rob van der Mei onderzoekt samen met collega’s van de Vrije Universiteit Amsterdam en de Erasmus Universiteit Rotterdam hoe je vrijwilligers in noodsituaties optimaal kunt inzetten. Dit doen ze met een subsidie van 500.000 euro van Dinalog.

Publicatiedatum
3 juli 2024

Ruim 1 procent van de Nederlanders is momenteel actief op een platform voor burgerhulpverlening. Denk bijvoorbeeld aan HartslagNu voor reanimaties en Burgernet voor het opsporen van personen, of Ready2helpers van het Rode Kruis, die vrijwilligers inzet bij hoog water. Er zijn dus al best veel mensen bereid om te helpen in noodsituaties, maar met meer burgerhulpverleners zou eerste hulp nog sneller op gang kunnen komen. En dat kan levens redden. Het is dan wel belangrijk om te weten op welke plekken organisaties de meeste nieuwe vrijwilligers moeten zoeken. Rob van der Mei (Stochastics groep) bouwt daarom wiskundige modellen die het werven en oproepen van vrijwilligers optimaliseren.

Brandweer

Zo werkt hij samen met de brandweer van Amsterdam-Amstelland, die de ambitieuze doelstelling heeft om de komende jaren 100.000 burgerhulpverleners te werven ter ondersteuning. Gedachte hierachter: de brandweer is snel, de buurman is sneller. Van der Mei rekende mee aan diverse scenario’s die laten zien met hoeveel seconden de responstijd daalt bij de inzet van verschillende aantallen burgerhulpverleners. Zijn het er 100.000 – optimaal verdeeld over de regio – dan daalt de reactietijd met vier minuten (het landelijke gemiddelde is acht minuten) . Beschik je over 50.000 vrijwilligers, dan is de winst nog steeds groot: drie minuten en 26 seconden. En zijn ze op de fiets? Trek er dan bij elk scenario nog maar eens 50 seconden af.

Reanimatie

Een andere samenwerking ontstond aan de Vrije Universiteit, waar Caroline Jagtenberg – voormalig oio binnen de Stochastics groep en gepromoveerd bij Van der Mei – een model ontwikkelde waarmee je kunt zien waar je vrijwilligers nodig hebt. Zij deed inspiratie op voor haar onderzoek aan de University of Auckland in Nieuw-Zeeland. In Auckland werkt de ambulance service met het GoodSAM systeem, waarmee getrainde vrijwilligers opgeroepen worden voor reanimaties, omdat zij vaak sneller ter plaatse kunnen zijn. Jagtenberg: “Op basis van hun gegevens kon ik een model bouwen waarmee we kunnen inschatten waar in de stad veel vrijwilligers nodig zijn, gegeven dat mensen zich gedurende de dag vrij willekeurig door een stad bewegen.

Niet onnodig oproepen

Dit model, in april gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Management Science, kan ook worden gebruikt in andere landen die meer willen inzetten op burgerhulp. Met deze studie in de hand en de resultaten van de scenario’s voor de brandweer, dienden Jagtenberg, Van der Mei en hun Rotterdamse collega Pieter van den Berg een projectvoorstel in bij TKI Dinalog. Dit voorstel – getiteld ‘Strategic Prescriptive Response for Immediate Needs Through Empowered Residents’, kortweg SPRINTER – is vorig jaar gehonoreerd.

Van der Mei: “Met SPRINTER willen we de inzet verbeteren van vrijwilligers bij nooddiensten. Dit doen we door wiskundige modellen te ontwikkelen die zijn gebaseerd op data en data-analyse van ‘Community First Responder (CFR) systemen’.” Projectleider Jagtenberg vult aan: “We zoeken uit hoe vrijwilligers op de beste manier kunnen worden ingezet, snel en effectief, maar zonder dat mensen overvraagd worden. Je wil niet dat vrijwilligers steeds onnodig worden opgeroepen."

De onderzoekers werken samen met publieke en private partners die zich bezighouden met burgerhulpverlening: het Rode Kruis, de Brandweer Amsterdam-Amstelland, Veiligheidsregio Rotterdam Rijnmond, Beep for Help, LIVES, NIPV en Axira.

Portret van Rob van der Mei

Over Rob van der Mei

Rob van der Mei is als manager Research and Strategy verbonden aan het Centrum Wiskunde & Informatica en is daarnaast hoogleraar Toegepaste Wiskunde aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Hij richt zich met name op het modelleren en optimaliseren van logistieke processen in de praktijk, en slaat daarmee een belangrijke brug tussen theorie en toepassing.

Voorbeelden van studies waarbij hij betrokken is:

  • Ambulance- en brandweerplanning: voorbeeld daarvan is de REPRO-studie, waarbij de onderzoekers erin slaagden om de aanrijtijden van ambulances aanzienlijk te verkorten door ze op strategische plekken te laten wachten op een noodoproep.
  • Het reduceren van wachtlijsten in de ouderenzorg: het Dolce Vita project heeft als doel om de doorstroom van patiënten in de acute ouderenzorg efficiënter en dus sneller te laten verlopen.

Foto: Minnie Middelberg, CWI

Dit verhaal is deels gebaseerd op een nieuwsbericht van de Vrije Universiteit Amsterdam.

Foto: PixelBiss/Shutterstock.com